De overstroming in de zomer van 2021 in Valkenburg, trof ook het bedrijf van ijsmaker Ferry Philippi. Zijn ijssalon annex bakkerij en lunchroom kwam onder water te staan. Gedreven door zijn passie voor het ijs maken, pakte Philippi vorig voorjaar de draad weer op. Met de nieuwe naam Smaakmakerij Botterweck kreeg het familiebedrijf een tweede leven.
In het ruim honderdjarige bestaan van het familiebedrijf van Ferry Philippi zal 14 juli 2021 voor altijd de geschiedenisboeken ingaan als een inktzwarte dag. Want op die dag veranderde het normaal zo lieflijk kabbelend beekje de Geul in Valkenburg binnen een paar uur tijd in een woest kolkende rivier. Met verwoestende gevolgen, vooral voor de nabijgelegen panden. “Hier bij ons binnen stond het water 1.20 meter hoog, daardoor was er na de overstroming nog maar weinig over van onze zaak”, vertelt Philippi, die ook zijn kostbare Promag Iceteam-ijsmachines voor zijn ogen ten onder zag gaan. “Vanuit het riool was slib naar boven gekomen waardoor de printplaten van de ijsmachines helemaal onder de drap zaten. Alles ging roesten, daardoor waren onze ijsmachines binnen vier dagen afgeschreven, een enorme schadepost.”
Extra grote ijsvitrine
Smaakmakerij Botterweck heeft zo’n 70 verschillende ijssmaken in het assortiment.
(© Marcel van Hoorn)
Na de voor het Geulstadje zo fatale natuurramp bleven de deuren van zijn bedrijf negen maanden lang gesloten. “Pas na een half jaar zijn wij weer voorzichtig kunnen gaan dromen over een heropening. Toen we de eerste schok te boven waren, hebben we besloten om drie nieuwe Promag Iceteam-ijsmachines te kopen; één grote van het model Easy Freeze 3000 en twee kleinere van het type Easy Freeze 2000; daarmee kan ik vier badges ijs tegelijk maken. Ook hebben we uit Italië de grootste vitrine die we konden krijgen over laten komen; eentje met 32 bakken in plaats van de 24 bakken die we voorheen hadden. Daarnaast hebben we geïnvesteerd in nieuwe bewaarkasten en shock freezers.”
Bij de aanschaf van de nieuwe ijsinventaris liet de Valkenburgse ondernemer zich adviseren door de Verenigde Ondernemers Club (VOC). “Met deze club komen we een paar keer per jaar samen om te overleggen over ondernemerszaken en vergelijken we onder andere elkaars cijfers, prijzen en ingrediënten. Daaruit haal ik veel inspiratie.”
Nieuwe bedrijfsnaam
Smaakmakerij Botterweck begon ooit als bakkerij en groeide daarna uit tot een banketbakkerij, lunchroom én ijssalon.
(© Marcel van Hoorn)
Op 25 maart 2022 werd de zaak officieel heropend, maar niet zonder eerst grondig te hebben nagedacht over een nieuwe bedrijfsnaam. De ondernemer maakt een korte duik in het verleden: “Ons familiebedrijf is in 1921 opgericht als bakkerij. In de jaren zestig heeft mijn opa de zaak overgenomen en uitgebreid met een lunchroom. Eind jaren negentig – mijn ouders waren toen al gestopt – ben ikzelf in de zaak gekomen. Aangezien ik van huis uit banketbakker ben, zijn wij ons toen ook wat meer gaan richten op het luxere banket. Twaalf jaar geleden zijn wij daarnaast ook nog de ijssalon begonnen, mede omdat we een nieuwe draai wilden geven aan onze lunchroom. Koffie, lunch en vlaai en gebak… daar ontbrak nog één ding bij: ijs.”
Uiteindelijk is slechts een derde van de schade vergoed
Door al die uitbreidingen werd de bedrijfsnaam in de loop der jaren wel steeds langer. “Aanvankelijk heetten wij ‘Limburgsche banketbakkerij’, daarna was het ‘Limburgse banketbakkerij en lunchroom Botterweck’, weer later werd het ‘Limburgse banketbakkerij, lunchroom en ijsmakerij Botterweck’. Daarom hebben wij de heropening aangegrepen om een nieuw, eigentijds concept te introduceren dat de lading van wat wij doen volledig dekt. Daarbij is de allesomvattende bedrijfsnaam ‘Smaakmakerij Botterweck’ uit de bus gekomen.”
Smaakpapillen prikkelen
Eind jaren negentig begon Ferry Philippi zelf in het familiebedrijf. Hij was van huis uit banketbakker en richtte zich toen ook wat meer op het luxere banket.
(© Marcel van Hoorn)
De nu 48-jarige Ferry, die letterlijk opgroeide tussen de zoetigheden, wilde al van kleins af aan banketbakker worden. Daarvoor ging hij naar Vakschool Wageningen, waar hij later werd opgeleid tot gediplomeerd ijsbereider. “Of het nu gaat om een tosti, gebak of ijs: met onze gerechten willen wij smaakpapillen prikkelen. Vooral in de receptuur van mijn handgemaakt ijs kan ik al mijn gevoel en inspiratie goed kwijt. Soms laat ik klanten in onze ijskeuken zelfs proeven van vers gemaakt ijs dat net uit de ijsmachine komt. Doordat dat ijs iets minder koud is dan het ijs dat al in de vitrine ligt, heeft dat namelijk nóg meer smaak. Vaak zijn mensen echt verrast door deze unieke smaakbeleving. Dat is ook mijn grootste drijfveer, om mensen te laten proeven en mee te laten genieten van mijn passie.”
IJsmachines, basismixen en chocolade
In totaal heeft Smaakmakerij Botterweck zo’n 70 verschillende ijssmaken in het assortiment. “Onze belangrijkste grondstoffenleveranciers voor de basismix zijn de Duitse groothandel Hefe van Haag en Bakeplus uit Venlo”, zegt eigenaar Ferry Philippi. “Na de watersnood hebben wij drie nieuwe Promag Iceteam-ijsmachines besteld, via Perfect Ice Solutions; deze Nederlandse leverancier heeft tevens onze nieuwe ijsvitrine en gebakskoeling geleverd. En sinds oktober verkopen wij ook chocolade; hiervoor doen wij zaken met chocolatier Geruba uit het Limburgse Schinnen.”
Dat genieten van de passie kan bij Smaakmakerij Botterweck overigens het gehele jaar door, want ook in de wintermaanden gaat de verkoop van ijs – goed voor 65 procent van de totale bedrijfsomzet – gewoon door. “Omdat we veel coupes verkopen, is vooral vanille-ijs een hardloper, gevolgd door pistache, hazelnoot en limoncello.” De Limburgse ondernemer profiteert van het feit dat de toeristenstroom naar Valkenburg eigenlijk nooit stopt.
Kerststad
Sinds afgelopen oktober is er ook een vitrine met chocoladeproducten.
(© Marcel van Hoorn)
“Na de zomermaanden, waarin onze ijssalon tot elf uur ’s avonds geopend is en we gemiddeld zo’n 250 liter ijs per dag verkopen, volgt in de herfst de traditionele ‘Bokkemèrt’ waarbij hier de straten vol kraampjes staan. Niet veel later volgt ‘Kerststad Valkenburg’ met zijn kerstmarkten in de mergelgrotten die jaarlijks honderdduizenden bezoekers uit binnen- en buitenland trekken.”
Zelfs op Oudejaarsdag moest Philippi nog vol aan de bak; dit keer niet om ijs te draaien, maar om oliebollen te bakken. Tijdens de laatste dagen van het jaar heeft de ijsvitrine tijdelijk dienstgedaan als oliebollenvitrine. “Op 31 december hebben we zo’n drieduizend oliebollen verkocht, voor slechts 95 eurocent per stuk, terwijl die bij sommige collega’s in Maastricht voor euro 1,50 over de toonbank gingen. Behalve door onze hoge kwaliteit, onderscheiden wij ons dus ook door onze betaalbaarheid. Kijk, die twee euro die wij voor een bolletje ijs vragen, lijkt misschien veel. Maar voor dat bedrag krijg je wel een behoorlijke hoeveelheid ijs die bovenal smaakvol is. Als het maar lekker en goed is, dat is en blijft voor de klant toch het allerbelangrijkste.”
Kwaliteitstoerisme
Als telg uit een banketbakkersfamilie groeide Ferry Philippi tussen de zoetigheden op.
(© Marcel van Hoorn)
Waar Valkenburg in vroeger jaren vooral in trek was bij jonge feestgangers, heeft het Geulstadje daarna sterk ingezet op kwaliteitstoerisme. Zo verrees op de top van de Cauberg een Holland Casino en een vakantiepark van Landal. Volgens de ijsbereider is daardoor het type toeristen in de loop der jaren behoorlijk veranderd.
“Daarop hebben wij ingespeeld. Vergeleken met pakweg twintig jaar geleden trekt onze zaak nu een wat breder publiek, voornamelijk gezinnen die wat meer te besteden hebben. Veel families die hier een ijsje komen halen, nemen daarna ook buiten op het terras of binnen in de lunchroom plaats. Daarnaast maken veel wielertoeristen bij ons een pauzestop.”
Sinds het najaar van 2022 kunnen de gasten van Smaakmakerij Botterweck ook kiezen uit een assortiment kleurrijke bonbons. “Omdat in de winterperiode de ijsverkoop toch wat minder is, hebben we toen een van de ijsvitrines omgetoverd tot een vitrine met chocola. En ik moet zeggen, dat bevalt heel goed.”
Schade gedeeltelijk vergoed
Na de watersnoodramp in Valkenburg had Ferry Philippi grote moeite om de schade aan zijn zaak vergoed te krijgen. Uiteindelijk kreeg hij slechts een derde van de totale schade vergoed. De verzekeraar gaf in eerste instantie niet thuis. Pas na grote druk vanuit de landelijke politiek deed de verzekeraar een voorstel om op z’n minst de verloren gegane inventaris te vergoeden. Via vrienden die een crowdfunding-actie startten voor hem, ontving Philippi 8000 euro. Uit het Watersnoodfonds Limburg en de soortgelijke vele fondsen heeft hij geen vergoeding ontvangen.